Sensorische waterbuis kralen

Hieronder staan een aantal oefeningen vanuit de ACT die je kan doen met de sensorische waterbuis.

Materiaal: synthetisch materiaal, water, olie
Afmetingen: Ø 4,3 x 21 cm
vanaf 3 jaar

Met blauwe bolletjes die naar beneden komen of paarse. Kleuren worden willekeurig verzonden.

Doel: Leren dat gedachten komen en gaan, en dat je er met afstand naar kunt kijken.
Uitleg:
Kijk samen naar de bubbels die langzaam opstijgen in de waterbuis. Zeg:
“Stel je voor dat elke bubbel een gedachte is. Sommige zijn groot en druk, anderen klein en snel. Kijk maar gewoon naar ze. Je hoeft er niets mee. Ze komen, en ze gaan.”
Laat de persoon gedachten hardop noemen terwijl jullie kijken. Zeg na elke gedachte: “Bedank je brein maar.”
Transfer:
Net als bij de bubbels in de buis, hoef je gedachten niet tegen te houden of op te lossen. Je kunt ernaar kijken zonder erin mee te gaan. In het dagelijks leven kun je oefenen met het opmerken van je gedachten, en ze niet automatisch te geloven.

Doel: Erkennen dat emoties kunnen stormen, maar ook weer kunnen bedaren.
Uitleg:
Schud zachtjes aan de waterbuis , of beeld uit hoe het water onrustig is. Vraag: “Hoe ziet het eruit als je boos, verdrietig of bang bent?”
Kijk daarna naar het moment waarop het water weer rustig wordt. Zeg: “Ook gevoelens kunnen stormachtig zijn, maar uiteindelijk worden ze weer rustig. We hoeven er niet tegen te vechten.”
Transfer:
In het dagelijks leven kun je je onrust voelen als een innerlijke storm. Door het te erkennen, zonder erin mee te gaan, kan het vanzelf weer kalmeren.

Doel: Aandacht richten op het moment zonder oordeel.
Uitleg:
Laat de persoon stil kijken naar de beweging van de bubbels. Nodig uit tot een zintuiglijke scan:
- Wat zie je?
- Welke kleuren vallen op?
- Hoe bewegen de bubbels?
- Wat hoor je?
- Wat voel je in je lichaam?
Transfer:
In plaats van meegesleept te worden door gedachten of zorgen, kun je altijd even pauzeren en aandachtig waarnemen. Het hier-en-nu is altijd beschikbaar.

Doel: Kiezen om in beweging te blijven, ook als het lastig is.
Uitleg:
Kijk naar de bubbels die altijd omhoog blijven bewegen, ondanks alles wat er in het water gebeurt.
Zeg: “Wat zijn jouw bubbels? Wat drijft jou omhoog? Welke stappen kun je zetten, ook als het moeilijk is?”
Teken eventueel samen bubbels op papier met in elke bubbel een waarde of actie.
Transfer:
Net als de bubbels die altijd blijven stijgen, kun jij ook stappen zetten in de richting die voor jou klopt — ook al voelt het niet altijd gemakkelijk.