Honkbalknuppel opblaasbaar

 

 

Met de opblaasbare honkbalknuppel kun je verschillende oefeningen en metaforen binnen de ACT uitvoeren. Hieronder staan een aantal voorbeelden.

 

Afmeting: 85 cm

 

 

1. "De Onzichtbare Barrière"

Doel: Bewust worden van de barrières die we zelf creëren en manieren vinden om voorbij obstakels te bewegen.

Uitleg van de oefening:

  • Houd de opblaasbare knuppel horizontaal als een 'barrière' en vraag de deelnemer om aan de andere kant te komen, zonder de knuppel aan te raken.
  • Ze kunnen eromheen lopen, erover springen of andere creatieve oplossingen bedenken. Herhaal met verschillende barrières (bijv. gedachten zoals "Ik kan dit niet").
  • Bespreek: Hoe voelde het om manieren te vinden om verder te gaan? Wat symboliseert deze barrière in je leven?

Transfer:
Cliënten leren dat obstakels vaak flexibel zijn en dat er meerdere wegen zijn om hun doelen te bereiken, zelfs als gedachten of gevoelens hen tegenhouden.

 


2. "Het Monster van Vermijding"

Doel: Bewustwording van vermijdingsgedrag en het leren omgaan met ongemak.

Uitleg van de oefening:

  • Een begeleider speelt "het monster van vermijding" en zwaait (zachtjes) met de knuppel terwijl ze proberen de deelnemer te laten stoppen met een bepaalde taak (zoals een stap vooruit zetten of een object oppakken).
  • De deelnemer moet door het "monster" heen bewegen, terwijl ze hun aandacht richten op hun waardevolle doel (bijv. een kaartje met een waarde erop aan de andere kant van de ruimte).
  • Na afloop bespreek je hoe het voelde om door het ongemak heen te bewegen en hoe dit aansluit bij echte uitdagingen.

Transfer:
Deze oefening benadrukt dat ongemak deel is van waardevol gedrag, en dat het mogelijk is om in actie te blijven, zelfs als het "monster" aanwezig is.

 


3. "Het Gedachte-Tennis"

Doel: Defusie van negatieve gedachten door ze op speelse wijze te verwerken.

Uitleg van de oefening:

  • De deelnemer en een partner staan tegenover elkaar en gebruiken de knuppel als "tennisracket".
  • Een persoon benoemt een lastige gedachte ("Ik kan dit niet") en slaat symbolisch de gedachte met de knuppel naar de ander, die het terugkaatst met een grappige twist (bijv. "Misschien niet vandaag, maar misschien morgen?").
  • Blijf heen en weer spelen totdat de gedachte minder zwaar voelt.

Transfer:
Door gedachten luchtig te benaderen en ermee te spelen, leren cliënten dat ze niet vast hoeven te zitten in negatieve overtuigingen.


4. "De Luchtbel-Tik"

Doel: Oefenen met loslaten en aanwezig blijven in het moment.

Uitleg van de oefening:

  • Blaas een aantal zeepbellen (of stel het mentaal voor). Geef de deelnemer de knuppel en laat hen de bellen proberen te raken voordat ze de grond raken.
  • Bespreek: Wat gebeurde er toen je probeerde controle te houden over alle bellen? Welke bellen gingen vanzelf voorbij?
  • Herhaal met de instructie om alleen te observeren hoe de bellen opstijgen en verdwijnen, zonder ze te raken.

Transfer:
Op deze manier kunnen deelnemers leren hoe ze kunnen omgaan met gedachten en gevoelens door te observeren in plaats van direct in te grijpen of te controleren.